Blogs

Rotterdamse School

De term ‘Rotterdamse School’ werd rond 1980 geïntroduceerd omdat componisten uit die stad een wezenlijk ander geluid zouden laten horen dan componisten uit den Haag.

Rotterdammers kenmerken zich vooral door hun nuchterheid, de ‘niet lullen maar poetsen’ mentaliteit. Voor mij komt dat allemaal samen in de term ‘Rotterdamse school’ hoewel het niet echt schijnt te bestaan in deze context. Hoe dan ook, toen wij met ons buro De Verbeelding in 1993 de opdracht kregen om een CD-boekje te maken voor de Berini’s, besloten we dat dan ook op zijn Rotterdams te doen. We wilden alles doen zonder computer, gewoon knip- en plakwerk.

Ik werkte destijds met een Amiga computer. Vooral leuk om animaties mee te maken, maar lastig voor grafisch ontwerp en vormgeving en om te communiceren met de Apple.

Op de cover de ukelele – Harry/Hans Kemeling, wie kent hem niet – die de contrabas – natuurlijk symbool voor An/Marjolein Meijers – als sleepboot, achter zich aantrekt over de Maas.

Keyboard syndroom

Ooit hadden we een stacaravan in de bossen bij Ermelo. Het was een oud aluminum geval waar Jack een prachtig Hans en Grietjes huisje van heeft gemaakt. Een waar paradijs aan de rand van een mooi bos. Een geweldig een toevluchtsoord als je in de grote stad woont.

Het was snikheet. Ik had een grote grafisch ontwerpklus en werkte thuis in Rotterdam. Jack repareerde het dak van het paradijsje in Ermelo . Na de klus zou ik ook naar Ermelo afreizen om met onze hondjes samen twee weken vakantie te vieren.

Vanaf het moment dat ik in Ermelo arriveerde, werd het slecht weer. Steeds slechter zelfs. Het regende onophoudelijk. Het was gelukkig erg knus en gerieflijk in het huisje. We keken uit op het bos, we hadden een comfortbele bank en een kacheltje. Maar na een paar dagen van die gezelligheid hadden we het toch wel gezien en sloeg de verveling toe.

We besloten de regen te trotseren en togen naar Barneveld. In de stromende regen liepen we wat rond en kwamen langs een winkel met diverse muziekinstrumenten. Dat heeft altijd wel onze aandacht. Ik zag een keyboard in de etalage en dacht dat dat wel leuk zou zijn voor Jack. Kon hij goed gebruiken bij het oefenen met de saxofoon. Ik troonde hem mee naar binnen en even later stonden we weer buiten, met een keyboard van 500 gulden onder de arm.

Fascinerend hoe je allerlei muziekjes met hele orkesten uit zo’n ding kan toveren. Ik probeerde even wat maar liet het daarbij. Ik vond mijn accordeonnetje toch leuker. “Waarom speel jij er niet op?” vroeg Jack aan mij. “Het is niet zo mijn ding”, zei ik. “Ik dacht eigenlijk dat het meer iets voor jou was!

Het bleek dat Jack dacht dat ik graag een keyboard wilde. En omdat het regende in de vakantie en hij mij daarom ook een beetje zielig vond, wilde hij dat ding voor mij kopen.Ik kocht het ding omdat Jack zo hard had gewerkt in de hitte en ik daarom vond dat hij wel een kadootje verdiende.
Het ding belandde ergens in een hoek.
Sindsdien zeggen we dat we te maken hebben met een ‘keyboard-syndroom’ als we voor elkaar denken, wat nog regelmatig gebeurt.

Mijn allereerste concert!

Het was begin jaren 60, we woonden in Heerlerheide, Zuid Limburg. Mijn vader werkte in de mijnen, daarnaast hadden we een bloemenwinkel. Tijd voor de kinderen was er dus niet zo veel.

Het was zomervakantie. Ik ging naar oma en opa in Voorthuizen op de Veluwe, dat was altijd een groot feest! Ze hadden een tuin waar geen einde aan leek te komen. Oma was een verschrikkelijk lief mens. Ik mocht (bijna) alles van haar. Ze deed van alles om het mij naar de zin te maken. Op een dag vertelde ze geheimzinnig dat ze een verassing voor me had. We gingen uit! Er zou een feest zijn in het dorp en er werd muziek gemaakt in de muziektent. In die tijd was dat volgens mij net zo spannend als dat nu is met een reis naar Disneyworld in Parijs.

Het was een drukte van belang. Oma kende bijna iedereen in het dorp, dat was dan wat minder leuk, vond ik. “Goh, is dat er een van Rie?” werd dan gevraagd. Met Rie werd dan mijn moeder bedoeld, die ook in het dorp was opgegroeid. “Wat is ze (ik dus) al groot! Ze lijkt wel op d’r moeder!” Nog erger was het als de men een goedbedoeld kneepje in mijn wang gaf.

Maar eindelijk was het dan toch zover … Mensen verzamelden zich opgewonden voor de muziektent en toen verschenen de Spelbrekers. Ze zongen uiteraard Kleine Kokette Katinka, ik vond het geweldig. Het bleef nog lang onrustig in Voorthuizen.

Schuiven naar boven